Staatssecretaris Blokhuis negeert advies van experts over stofgroepenverbod

Paul Blokhuis

Staatssecretaris Paul Blokhuis wil weer in één klap honderden research chemicals gaan verbieden. Het kabinet had het idee van dat stofgroepenverbod losgelaten, na felle kritiek van tientallen experts. Maar toen één politieagent tegen Omroep Gelderland zei dat 3-MMC verboden moest worden, wisselde de staatssecretaris snel weer van gedachten.

Het plan om honderden stoffen in één klap te verbieden is niet nieuw. Blokhuis had aan het begin van dit jaar een plan gemaakt voor een verbod op alle stoffen die ook maar een beetje lijken op amfetamine, mescaline, THC of fentanyl. De staatssecretaris was wel zo sportief om eerst nog even te vragen wat burgers en experts ervan vonden.

Overweldigende kritiek van experts

De drugsexperts bleken niet zo positief. Ze hadden overweldigende kritiek op het wetsvoorstel. Zo schreef drugsbeleid-adviseur Kaj Hollemans dat het verbod ‘niet effectief’ zou zijn en bovendien ‘buitengewoon kostbaar’. De politie, het Openbaar Ministerie, de rechtbanken en de laboratoria van het NFI zouden ongekende capaciteit nodig hebben om zo’n breed verbod na te leven. Terwijl de politie en het Openbaar Ministerie nu al steen en been klagen dat ze niet genoeg geld hebben om de Opiumwet te handhaven.

Uit ervaringen in het buitenland blijkt bovendien dat een totaalverbod op alle research chemicals helemaal niet zal leiden tot een betere volksgezondheid. Sterker nog, het aantal fatale overdoses met het slaapmiddel etizolam verdubbelde nadat in Engeland zo’n verbod werd ingesteld. Het verbod leidde weliswaar tot een afname van het aantal verschillende soorten drugs wat te koop werd aangeboden. Maar gebruikers gingen daardoor weer klassieke middelen gebruiken, zoals heroïne en methamfetamine.

In een adviesrapport van het RIVM uit 2012 vroeg Dr. Jan van Amsterdam zich ook al af wat er zou gebeuren als de overheid in één klap alle drugs zou verbieden. Volgens de drugsprofessor zouden politici misschien nooit meer nieuwe drugswetten hoeven te maken als er een generiek verbod zou zijn. Dat maakt het leven van wetgevers natuurlijk een stuk eenvoudiger. Het nadeel was volgens het adviesrapport echter dat het naleven van zo’n wet extreem duur zou zijn, dat het niet per se leidt tot minder gebruik en dat de illegale handel er flink aan zou gaan verdienen. Met andere woorden: een generiek verbod is vrij zinloos.

Tweede Kamer had het stofgroepenverbod juist losgelaten

Vanwege al die moeilijkheden leek het erop dat het kabinet het stofgroepenverbod maar even had laten varen. Dat bleek uit besprekingen in de Tweede Kamer van vorige week, waarin een VVD-kamerlid nog zei dat het kabinet het stofgroepenverbod “achter zich lijkt te hebben gelaten.” De wetgevers bespraken liever plannen om het huidige drugsverbod effectiever na te leven. Een ban op de levering van de grondstoffen van drugs zou ervoor moeten zorgen dat criminelen minder gemakkelijk hun producten kunnen produceren. Daarnaast werden er voorstellen ingediend om drugshandel minder lucratief te maken, bijvoorbeeld door criminele winsten efficiënter af te pakken en witwassen tegen te gaan.

Die plannen zijn in lijn met een onlangs uitgebracht advies van de DenkTank MDMA, waarin 18 drugsexperts het ideale MDMA-beleid hebben uitgezocht. De betrokken hoogleraren, drugsonderzoekers en preventiemedewerkers pleiten, net als de Tweede Kamerleden, voor het aanpakken van de geldstromen rondom illegale drugsproductie. Daarnaast moet de vraag naar illegale drugs worden teruggedrongen. Volgens het adviesrapport is de beste manier om dat te doen door xtc-pillen te verkopen via zogenaamde ‘X-shops’. Dat zijn gespecialiseerde winkels waar je xtc-pillen zou kunnen kopen als je eerst een ‘drugsbewijs’ hebt gehaald waarmee je aantoont dat je genoeg weet over de gevaren ervan.

Genoeg andere mogelijkheden

Waarom staatssecretaris Blokhuis er nu toch weer voor kiest om de kritiek van experts te negeren is niet helemaal duidelijk. In het verleden is gebleken dat de Nederlandse aanpak juist goed werkte. Het ministerie van Volksgezondheid vond het waardevol om de drugsmarkt grondig te monitoren. Als bleek dat er nieuwe gevaren opdoken, dan werd daarvoor gewaarschuwd. Een drugsverbod werd pas ingesteld op het moment dat een nieuw middel een direct gevaar voor de volksgezondheid opleverde.

De minister heeft op dit moment dan ook voldoende mogelijkheden om drugs te verbieden. Hij hoeft  slechts één document te ondertekenen en op te sturen om een drug te verbieden. Dat kan met een zogeheten Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Daarmee voegt een minister of staatssecretaris zelfstandig een stof toe aan Lijst I of Lijst II van de Opiumwet. De staatssecretaris hoeft daarvoor niet eens te overleggen met de Tweede Kamer. Hij hoeft dus ook geen adviezen in te winnen van experts. Blokhuis kan dus morgen gewoon 3-MMC verbieden als hij dat wil. Hij heeft daar helemaal geen draconische wet voor nodig.

Staatssecretaris wil gewoon gedachten bestrijden

Waarschijnlijk heeft de staatssecretaris gewoon niet de behoefte om evidence-based te werken. Zoiets schreef hij vorig jaar in ieder geval in een brief aan de Tweede Kamer. Daarin geeft Blokhuis aan dat je drugsgebruik kunt zien als een cultureel fenomeen. Die ‘normalisering’ vindt hij gewoon ‘onwenselijk’, schrijft hij in de brief.

“Ik heb niet de illusie dat er in de samenleving geen drugs gebruikt zullen worden –dat is een utopie. Maar ik vind het belangrijk om de gedachte tegen te gaan dat drugsgebruik normaal is of bij iemands leefstijl hoort– ongeacht of die opvatting onder sommige groepen gebruikers ook leidt tot meer gebruik.”

Het lijkt er dus op dat de staatssecretaris liever aan gedachtenpolitiek doet dan dat hij effectief beleid installeert. Dat is hoe de democratische rechtstaat tegenwoordig werkt, kennelijk.

Geef een reactie